Wat mij en mijn huisgezin betreft, wij zullen Jehovah dienen. – Joz. 24:15.

november 22, 2007 om 9:03 pm | Geplaatst in Dagtekst | Plaats een reactie

In 1473 voor onze jaartelling leidde Jozua de Israëlieten het Beloofde Land binnen. Jozua deed de hele natie het dringende verzoek: “Kiest . . . heden zelf wie gij zult dienen, hetzij de goden welke uw voorvaders die aan de overzijde van de Rivier waren, hebben gediend of de goden van de Amorieten, in wier land gij woont.” Daarna uitte hij in verband met zijn eigen gezin de woorden in de tekst voor vandaag. Jehovah had Jozua op een eerder tijdstip aangemoedigd om moedig en sterk te zijn en hem erop gewezen niet ongehoorzaam te worden aan Gods Wet. Door dag en nacht met gedempte stem in het boek van de Wet te lezen, zou Jozua zijn weg succesvol kunnen maken (Joz. 1:7, 8). En zo bleek het ook te zijn. Jozua’s keus leidde tot zegeningen. “Geen belofte bleef onvervuld van heel de goede belofte die Jehovah het huis van Israël had gedaan”, verklaarde hij. “Alles kwam uit.” – Joz. 21:45. w 1/6/06 5, 6a

TrackBack URI

Blog op WordPress.com.
Entries en reacties feeds.